Tijdens Eastern Daze op 28 november worden de parallellen en de kruisbestuivingen tussen etnische muziek en avant-garde onder de loep genomen. Etnische muziek en avant-garde vinden elkaar immers al sinds de jaren zestig.

Zo lieten westerse avant-gardepiraten als Terry Riley, La Monte Young, Angus MacLise en Henry Flint zich sterk beïnvloeden door Indiase raga's en sufimeesters als Pandit Pran Nath. Ze zochten en vonden in deze niet-Westerse voedingsbodem van spiritualiteit, trance, verrassende instrumenten en onontgonnen muzikale stromingen een basis voor het maken van nieuwe muziek.

Minder zichtbaar, maar even ingrijpend, sloop Westerse muziek op zijn beurt binnen in niet-Westerse streken. Gitaarexperimenten van pakweg Jimi Hendrix vonden via versleten cassettes hun weg naar landen als Egypte, Libanon en Turkije en inspireerden er de Anatolische rock van artiesten als Mogollar, Erkin Koray, Omar Khorshid of Edip Akbayran. Deze laatsten dienden dan weer - dankzij talloze reissues van vergeten meesterwerken door labels als Sublime Frequencies, Finders Keepers, etc… - als inspiratie voor vele hedendaagse psychedelische rockbands.

Underground en etnische muziek herkenden bij elkaar minimalisme en het subliminale en spelen sindsdien een 'eternal' pingpongspel. Zo weeft de muzikale ondergrond een steeds groter net tussen gelijkgestemde maar geïsoleerde muzikale zielen en klitten splinters muziek op een verrassende manier samen tot nieuwe volksmuziek.

Meer info